Paradekaasje: volle, verse schapenkaas van de hobbyboer

In het Friese dorpje Nes, bij Akkrum, vind je boerderij De Nesser Schapenkaas. Sinds 2000 wordt hier kaas van volle schapenmelk gemaakt. Jelmer de Jong (28) kreeg het met de paplepel ingegoten.

“Ik vind het een schitterend iets”, vertelt hij, dat je zo’n prachtig product kunt maken van de melk van je eigen schapen. We doen alles zelf, van het melken tot het rondbrengen van de kaas. In Friesland zijn we daar uniek in. Ons kaasje heet de ‘Volle verse Nesser schapenkaas’. Ik maak ’m samen met m’n ouders, zo’n 350 stuks per week. Je vindt de kaas hier in de lokale supermarkt en bij kaasspeciaalzaken. Ook steeds meer restaurants zetten ’m op de menukaart. Het is lekker op een borrelplank of in een salade. Ik hoor vaak dat mensen het ook graag op roggebrood eten.

Het is een echt natuurproduct, en je proeft het of onze veertig schapen binnen of buiten hebben gestaan. Dat zie je ook terug in het vet- en eiwitgehalte. We pasteuriseren wel, maar verder is de kaas onbewerkt. Het heeft wel wat weg van mozzarella, maar dat is gezouten en aangezuurd. Onze kaas niet. Dat maakt ’m heel naturel. De een vindt dat lekker, de ander brengt ’m graag op smaak met kruiden of zout en peper. Voordeel is dat mensen met een koemelkallergie ’m gewoon kunnen eten én schapenmelk bevat orootzuur ( vitamine B13), wat goed is voor de gezondheid.

Enige nadeel van onze bereiding: je moet de kaas binnen een week opeten, want hij is beperkt houdbaar.” Gelukkig is het geen straf het kaasje snel te nuttigen. “Ik heb iemand onze kaas ‘een tongstrelend, zacht wit kaasje’ horen noemen. Zelf zou ik zeggen: vol, zacht en puur. Erg lekker in elk geval.”