Paradekaasje
Zacht, smeuïg en toch ook pittig.
Jirco Vlooswijk nam in 2014 Kaasboerderij Doruvael in Montfoort van zijn ouders over. Daarmee kreeg hij ook het recept in handen voor het roodbacteriekaasje Le Petit Doruvael. “De boerderij bestaat sinds 1985 en sinds 1993 maken we ook kaas. We hebben tussen de honderd en honderdtwintig koeien met bij behorend jongvee. De naam van de boerderij verwijst naar de ruilverkaveling die heeft plaatsgevonden. Mij n ouders zijn op een andere plek de boerderij gestart, maar hebben door ruilverkaveling de huidige grond bij elkaar gekregen. Vandaar de naam Doruvael: ‘Door ruilverkaveling van elders’. Mijn ouders wilden graag een eigen kaasje maken. Na veel experimenteren in de kaastobbe met roersnelheden en vochtigheidsgraden in de opslag kwamen zij tot dit gepasteuriseerde rood-flora-kaasje. Het jonge kaasje is smeuïg en zacht. Een uitgesproken smaak, een beetje pittig ook. Hij doet het goed bij een dessert of een glas wijn. Door de roodbacterie kleurt de kaas wat rood op. Het kaasje valt aan de buitenkant op door de rood-oranje kleur. Voor de korst wordt een kleurmengsel gebruikt en toentertijd is deze kleur bedacht om onderscheid te geven aan het product. Door de rood-bacterie kleurt het kaasje zelf ook wat rood op. Binnen onze boerderij zijn natuur en milieu belangrijke zaken. We zijn geen biologisch bedrijf, maar we strooien bij voorbeeld weinig kunstmest. Ook zijn we lid van een natuurvereniging die onder andere op ons land de nesten van de weidevogels markeert, zodat wij eromheen kunnen maaien. Sinds kort hebben we vijfhonderd zonnepanelen. De energie die we daarmee opwekken gebruiken we bijvoorbeeld om ijs te maken. We koelen de melk namelijk met ijswater. Zo hebben we een ijsaccu. We zijn inmiddels bijna energieneutraal. We gebruiken nog wel gas, bij voorbeeld voor het pasteuriseren van de kaas. Daar hebben we nog geen alternatief voor. Ons familiebedrijf is naast een kaasboerderij en bij behorende winkel ook een plek voor zinvolle dagbesteding. Mij n zusje begeleidt een aantal dagdelen per week jongeren en volwassen die bij voorbeeld een beperking hebben. Ze helpen dan bij de werkzaamheden op de boerderij om vervolgens weer met een voldaan gevoel naar huis te gaan.”