

Boerenkaas strooien
Het moeten zo’n drieduizend recepten zijn die ik in de loop der jaren voor de Telegraaf heb geschreven. Het begon als bluf. Ik schreef al over eten, over de mooiste producten. Daarvoor trok ik met de grootste liefde door het hele land.
Er is echt geen gehucht, geen dorp en geen landstreek waar ik niet geweest ben, als er tenminste iemand was of is die iets lekkers, iets echts, iets authentieks kweekt, laat groeien of uit de natuur oogst. Daar waren ook heel veel van jullie bij, de kaasmakers. Misschien vind je dit wel raar, maar langs jullie boerderijen rijden, praten, kijken, ruiken, proeven… Het was en is iedere keer een feest en er zat altijd een verhaal in.
Toen kwam iemand van de krant vertellen dat ze wilden bezuinigen. De dagrecepten gingen de krant uit. Die werden in die tijd gemaakt door een derde partij, en daar ging flink wat geld heen. “Dan doe ik het wel”, was mijn bluf. “Op één voorwaarde, dat er verder op de redactie Eten & Genieten nooit meer zou worden bezuinigd.” Hahaha, die redactie bestond uit mijzelf en bij toeval driemaal een half meisje, nou ja, het waren hele dames die maar halftijds de internetpagina’s maakten. Inmiddels allemaal hele en fantastische journalisten, overigens.
Natuurlijk was ik heel snel ook al mijn halve meisjes kwijt. Maar de dagrecepten bleven. Mijn hele vrouw verhaalt nog wel eens over de eerste dag van onze eerste vakantie, waarbij ik met een laptop aan het ontbijt verscheen, want voor alles, liefst in de vroegste dageraad, moest eerst het dagrecept worden geschreven. Ruim tien jaar heb ik die recepten geschreven, iedere dag een en vaker meer. Na enige tijd kon ik nauwelijks meer bij mensen thuiskomen, zonder er een uitgeknipt recept van me op de ijskast te zien hangen. Ja, ja, we komen bij de kaas.
Ik las receptenboeken, zocht er een uit, veranderde het recept naar mijn idee en zette dat in de krant. En dan kwam ik altijd tegen: serveer met geraspte Parmezaanse kaas, of met Pecorino Romano. Aan die pecorino kon ik niet zoveel doen. Nederland wil maar geen echt schapenkaasland worden. Onbegrijpelijk, maar het lukt niet echt. Maar die Parmezaan kon ik hebben. Die verving ik altijd voor echte belegen boerenkaas. Later toen ik die gerechten uit mijn mouw kon schudden zonder nog boeken te raadplegen, hoefde ik niets te vervangen, mijn liefde voor onze eigen boerenkaas was zo groot geworden dat daar geen Parmezaan tegenop kon, al helemaal niet een Parmezaan uit een zakje uit de supermarkt.
Binnenkort komt er een boekje uit met, hou je vast, maar liefst 250 van die recepten. Van de week kreeg ik de proef te zien. Asgrauw werd ik. Ze hadden me gevraagd over de index na te denken. En ik was vergeten kaas als aparte zoekterm erbij te zetten. Niets meer aan te doen. Wel heel erg blij gebladerd. En natuurlijk heel veel recepten met kaas gevonden. Eén ding, die prachtige boerenkaas van jullie doe ik slechts met grote moeite in een gerecht als kaasfondue of in een croque-monsieur, en laat staan in de kaassoep waarvan je hier het recept kunt bekijken.
Kaassoep voor 4 personen
- 200 gram geraspte extra Oude Beemster of een andere lekkere oude kaas
- 2 eetlepels olijfolie
- 100 gram magere gerookte spekblokjes
- 1 ui, gesnipperd
- 1 eetlepels bloem
- 400 gram aardappels, geschild, in stukken
- 1 liter kippenbouillon
- 1 flesje bier
Verhit de olijfolie in een soeppan en bak hierin de spekblokjes uit. Schep ze uit de pan. Fruit de ui in het bakvet, strooi de bloem erover en voeg de aardappels toe. Giet de bouillon en het bier erbij en kook zachtjes 15 minuten tot de aardappels gaar zijn. Pureer de soep. Verwarm zonder te koken en voeg de helft van de geraspte kaas beetje bij beetje toe en roer tot deze gesmolten is. Roer de spekjes erdoor. Serveer de soep en verdeel de rest van de kaas erover.
PS En zorg nou eens voor échte geraspte Boerenkaas in die duffe vakken van desupermarkten in plaats van die zeer verdachte Parmezaan.
Delen
Heeft dit artikel je geholpen?
Gerelateerd
Noteringen maart 2025
